Lucas
Versantvoort / August 17, 2015
Danny
Collins is the based-on-true-events-but-not-really story of a '70s song writer
who had to wait for several decades before receiving a letter by none other
than John Lennon. The film begins with the classic
white-text-on-black-background declaration that what you're about to see is
based on real events, but the film subverts it by adding that it's
kind-of-not-really based on real events. I'm gonna assume the filmmakers just
used the letter and formed an entire film around it, but that opening alone already
made me like the film.
Danny Collins is a typical pop-singer who sings
all kinds of hits from the past much to the delight of his ever-aging legion of
fans. He boozes, does coke in between concerts and his girlfriend's half his
age. His best friend who's also his manager gives him the Lennon letter as a
birthday present and Danny's world is turned upside down. As 'Imagine' plays,
he reminisces about his life, deems it a miserable failure and decides to
change his life around. He cancels all his upcoming concerts, breaks up with
his girlfriend who was seeing someone else anyway, and travels to New Jersey
where he checks into a random (but swanky) hotel. He's friendly towards
everyone, he's trying to write his own songs again and seeks to establish a relationship
with the son he never knew.
If all this sounds familiar, it's because it
does. We've all seen this type of story before, but Danny Collins executes it
with enough aplomb to make it worth your while and that's the key to the film's
succes. Of course, the aging father with the midlife crisis meeting his
grown-up son for the first time is a familiar story, but their interactions
here are quite well done. Even the extensive final scene focuses on his growing
responsibility and fatherly love towards him.
The film also succeeds in balancing the comedy
with the drama quite well, which is a lot tougher than it sounds. Many films
have tried and failed. A great example is the scene where Danny and his son
meet for the first time. The son is obviously angry, but his ADHD daughter is
excited and he's forced to calm her down. The irony is of course that he's
calmly reciting a mantra to his daughter while probably boiling with rage
himself. This goes for pretty much the entire film. The comedy never cancels
the drama out and vice versa; in fact, most of the time (like the
aforementioned scene) comedy and drama peacefully co-exist.
I make no secret of the fact I went to see
Danny Collins because of Al Pacino. I've been a fan ever since I first saw his
classics (the Godfather, Serpico, Dog Day Afternoon and so on). Unfortunately,
like Robert de Niro, life hasn't exactly handed him the top roles the past
decades, so I was worried when I entered the theatre. Fortunately, Danny
Collins provides him with a role that plays to his comedic strengths while
downplaying the dramatic sections. In fact, there are quite a few scenes where
I was really impressed with the subtle drama displayed by Pacino. Danny has a
concert where he plans to premiere his new moody song, but the audience grows
impatient and demands he sings the boring golden oldies. He succumbs to their
demands much to his regret. After the concert, he stands alone backstage and
you can see the regret and the self-loathing in his eyes.
Danny Collins doesn't reinvent the wheel, but
it doesn't have to. It's not gonna win any awards, but it's a nicely executed
play on familiar themes.
Dutch version
Danny Collins is een ‘biografische’ film over een
artiest die een brief van John Lennon na decennia aan vertraging ontving. De
film begint met een bekende aanblik: witte letters op een zwarte achtergrond
die verklaren dat je de komende twee uur naar een waargebeurd verhaal zal kijken.
Danny Collins voegt een vleugje humor toe door te zeggen dat het enigszins,
'maar niet echt', op feiten is gebaseerd. Leuk om te zien dat er nog films zien
die deze bekende uitspraak in humor kunnen omtoveren.
Danny Collins is een o zo
typische popzanger die o zo typische popnummers zingt tot genoegen van zijn
steeds ouder wordende groep fans. Hij snuift dagelijks cocaïne, is meerdere
malen gescheiden en zijn vriendin is twee keer zo jong als hij. Voor zijn
verjaardag geeft zijn manager, en beste vriend, hem een cadeau: de brief die
Lennon aan Collins schreef, maar die nooit aangekomen is. Terwijl hij in bed
aan het mijmeren is over zijn bestaan (en ‘Imagine’ van Lennon te horen is),
begint zijn midlifecrisis, of zijn tweede jeugd, afhankelijk van hoe je het
bekijkt. Hij is ontevreden met wat hij bereikt heeft en besluit het roer om te
gooien. Hij spoelt de coke door het toilet, maakt het uit met zijn vriendin
(die overigens al met iemand anders omging), pakt zijn koffers en checkt in een
willekeurig (maar chique) hotel in New Jersey. Daar doet hij weer een poging om
zelf liedjes te schrijven en om contact te leggen met de zoon die hij nooit
gekend heeft.
Dit soort verhalen zullen veel
mensen bekend voorkomen: de midlifecrisis, de vader die zijn verloren zoon
ontmoet. Het succes van de film zit 'm in hoe deze bekende elementen uitgevoerd
worden. Dit is bijvoorbeeld te zien in de groeiende interacties tussen vader en
zoon, er zitten leuke psychologische details in.
Wat de film nog beter doet is
het balanceren van humor en drama zonder dat de een de ander overheerst (waar
zoveel films slachtoffer van worden). Zoals in de scène waar de zoon, Tom,
thuiskomt en voor het eerst zijn vader ontmoet. Hij is natuurlijk boos, maar
zijn aan ADHD-lijdende dochter is hartstikke enthousiast en begint van vreugde
over haar nieuwe opa tegen haar vader op te springen. Tom kalmeert haar door
een soort mantra op te noemen die haar afleidt en kalmeert. Mooi ironisch in
die scène is dat hij zijn dochter kalmeert, terwijl hij zelf ongetwijfeld aan
het koken is van binnen. Een subtiele vorm van humor die het
drama niet ondermijnt en in vrijwel de hele film wordt deze balans
behouden.
Het zal niet verbazen dat mensen
de film kijken puur vanwege Al Pacino. Menig fan zal opgevallen zijn dat, net
zoals De Niro, Pacino niet de meest aanzienlijke rollen heeft gekregen de
afgelopen twintig jaar (hoewel hij veel succes met televisierollen heeft
gehad). Met Danny Collins kunnen we blij verrast zijn. Het geeft Pacino de kans
om zijn komisch talent tentoon te spreiden en het melodrama wordt in toom
gehouden. Nergens wordt er overdreven geacteerd. Eerder het tegenovergestelde:
Pacino laat een enorme subtiliteit zien. Zoals de scène na een concert waar hij
van plan is om een nieuw nummer te spelen, maar uiteindelijk bezwijkt onder de
druk van het publiek dat op de gouwe ouwe nummers aandringt. Na het
‘succesvolle’ concert staat hij backstage met de teleurstelling en zelfhaat in
zijn ogen. Knap staaltje acteerwerk.
De film vindt niet het wiel opnieuw
uit, maar dat hoeft ook niet. Danny Collins is een zeer geslaagde feel-good
film die op bewonderenswaardige wijze z'n humor en drama in balans houdt.
No comments:
Post a Comment