Lucas Versantvoort / 2 februari 2016
The Danish Girl
is zo’n drama dat slechts over één akte lijkt te beschikken en nooit beseft dat
er zoiets bestaat als een tweede versnelling. Het verhaal over de eerste man
die een transseksuele chirurgische operatie onderging is met een gedurfde
sensualiteit verfilmd, maar meeslepend wordt het nooit. Je blijft altijd op een
emotionele afstand naar twee acteerprestaties kijken die - het moet gezegd
worden - wel uitstekend zijn.
Einar Wegener (Eddie Redmayne) en Gerda
Wegener (Alicia Vikander) zijn schilders. Hij schildert landschappen, zij
portretten. Op een dag is een van Gerda's modellen te laat waardoor Einar moet
invallen als model. Hij voelt zich vreemd aangetrokken tot de vrouwelijke
kledij. Er klikt iets in het hoofd van Einar. Hij begint zich steeds meer te vereenzelvigen
met het vrouwelijke. Hij en Gerda maken er in het begin een spel van, maar
Einar raakt er steeds meer overtuigd van dat hij eigenlijk een vrouw is. De
dokters verklaren hem voor gek en ook zijn huwelijk met Gerda staat op het
spel. Uiteindelijk vindt Einar een dokter die hem wel gelooft en bereid is een
nieuwe, riskante operatie uit te voeren.
Het grote zwaktepunt is dat regisseur
Hooper het drama altijd vrij statisch in beeld brengt. Er is geen tekort aan
drama, maar het wordt vaak op dezelfde manier opgezet. Je krijgt het gevoel dat
je steeds naar dezelfde type scène zit te kijken en vreemde camerahoeken, die
voor wat variatie moeten zorgen, doen daar niets tegen. In Hooper's The King's Speech zorgden de dynamische gesprekken
en ruzies tussen Colin Firth en Geoffrey Rush in ieder geval nog voor wat
spanning en humor. Ook het uitbeelden van Einar en Gerda's innerlijke
veranderingen laat wat te wensen over. In het geval van Einar is het logisch
dat het ontdekken van zijn 'vrouwelijke kant' visueel en non-verbaal wordt
uitgedrukt, bijvoorbeeld met shots van zijn gezicht terwijl hij zijn handen
langs een jurk laat glijden. Maar dat excuus is niet te gebruiken bij Gerda
wiens karakterontwikkeling net zoveel aandacht krijgt, maar nooit echt goed
uitgediept wordt en invoelbaar wordt gemaakt. Gerda is fascinerend, omdat ze haar
echtgenoot ‘verliest’, maar hem toch steunt in zijn beslissing om vrouw te
worden. Vrij vooruitstrevend gezien de kleingeestigheid waarmee er met dit
onderwerp rond 1920 werd omgegaan. Het is daarom zonde dat Gerda's
karakterontwikkeling niet altijd even soepel is uitgewerkt.
Het casten van Redmayne en Vikander is
wel een meesterzet. Zij overstijgen het soms gebrekkige script en zetten Einar
en Gerda sterk neer. Redmayne is fenomenaal tijdens de eerste ontdekkingsfase,
wanneer de vreemde gelukzaligheid en vertwijfeling op z'n gezicht te lezen zijn
als hij voor het eerst vrouwenkleding aanraakt en wanneer hij (verkleed als
vrouw) voor het eerst een man kust. Ook Vikander weet de complexiteit van Gerda
goed neer te zetten, met name het groeiende besef dat wat begon als een goed
huwelijk spoedig geen huwelijk meer te noemen is.
Een film als The Danish Girl bewijst weer hoe sterk acteerwerk een film bijna
van de afgrond kan redden. Het sleutelwoord is hier 'bijna'. Hooper heeft
overduidelijk sympathie voor deze mensen, maar deze sympathie zet zich -
ondanks sterk acteerwerk - helaas niet om in een bevredigend eindresultaat.
No comments:
Post a Comment